Wat is de betekenis van linkshandig?

2024-04-18
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

linkshandig

Het begrip linkshandig heeft 3 verschillende betekenissen: 1) met een linker voorkeurshand. met de linkerhand als voorkeurshand; met een dominante linkerkant; links. 2) met de linkerhand. met de linkerhand. 3) voor linkshandigen. om met de linkerhand te gebruiken of te bedienen; bedoeld voor linkshandigen.

2024-04-18
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

linkshandig

linkshandig - Bijvoeglijk naamwoord 1. wanneer men de linkerhand verkiest boven de rechter voor alledaagse handelingen Woordherkomst Samenstellende afleiding van links en hand met het achtervoegsel -ig Antoniemen rechtshandig Verwante begrippen linksvoetig, linksbenig

2024-04-18
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

linkshandig

linkshandig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: links-han-dig 1. wie liever zijn linkerhand gebruikt dan zijn rechter ♢ zijn handschrift is slordig omdat hij linkshandig is Bijvoeglijk naamwoord: links-han-dig de/het...

2024-04-18
Golfsportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

linkshandig

(bn) - zich van de linkerhand beter kunnende bedienen dan van de rechter, bv. een linkshandige speler (Eng. ‘lefty’). • Voor natuurlijke linkshandigen kan het perfectioneren van de golfswing gecompliceerd zijn. In het verleden werden er niet veel clubs voor linkshandigen ontworpen en waren de meeste baanontwerpen voor hen nadelig. Het resultaat hie...

2024-04-18
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Linkshändig

links, met de linker hand; linkshändige Vermählung, morganatisch huwelijk.

2024-04-18
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Linkshandig

bn., zich van de linkerhand beter kunnende bedienen dan van de rechter.

2024-04-18
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

linkshandig

bn., iemand die gewend is zijn linkerhand te gebruiken.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Linkshandig

Linkshandig bn. iem. is linkshandig, als hij zich van de linkerhand beter bedienen kan dan van de rechter. LINKSHANDIGHEID, v.