Wat is de betekenis van liflaffen?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

liflaffen

liflaffen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord liflaf

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

liflaffen

liflafte, h. geliflaft (laffe taal spreken, flauw praten; vleien, liefkozen).

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

liflaffen

(liflafte, heeft geliflaft) 1. zonder kracht, flauw praten. 2. lang, walgelijk liefkozen: kan hij niet, maar hij is altoos beleefd.

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Liflaffen

Liflaffen -(liflafte, heeft geliflaft), laf en walglijk liefkoozen; zottepraat uitslaan.

Gerelateerde zoekopdrachten