Wat is de betekenis van lichtvaardig?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

lichtvaardig

lichtvaardig - Bijvoeglijk naamwoord 1. onnadenkend, te gemakkelijk Hij heeft dat besluit veel te lichtvaardig genomen. Woordherkomst samenstelling van licht en vaardig Samenstellende afleiding van licht en vaart met het achtervoegsel -ig

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

lichtvaardig

lichtvaardig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: licht-vaar-dig 1. zonder goed na te denken ♢ Norbert heeft dat besluit nogal lichtvaardig genomen Bijvoeglijk naamwoord: licht-vaar-dig ... is lichtvaardiger dan ......

2024-04-24
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Lichtvaardig

Er zijn drie woorden licht. Het eerste betekent: schijnsel, het tweede: helder, klaar (lichte maan, lichtgeel) en het derde: niet zwaar, gemakkelijk te dragen, luchtig. Men spreekt van licht geschut, van lichte lectuur, van een lichte maaltijd en in de militaire dienst van licht arrest. Een lichtmatroos is een jong en onervaren matroos.Uit de betek...

2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Lichtvaardig

adj. & adv., licht(feardich).

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

lichtvaardig

I. bn. (1 opgewekt, niet zwaartillend; 2 inz. ong.: zich niet druk makend over de zaken; onbedachtzaam, onbezonnen; ondegelijk, niet ernstig, vluchtig, oppervlakkig); 1. een lichtvaardige beschouwing der zaak, vero.; 2. een lichtvaardig oordeel, een lichtvaardige taal. II. bw. (op onberaden, onbezonnen wijze, zonder overleg; op een wijze, die niet...

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

lichtvaardig

(licht'fa:rdәch) bn. en bw. (-er, -st) 1. opgewekt : een -e beschouwing. 2. gemakkelijk tot verkeerdheden mede te slepen : nog een jongeling; een oordeel; spreken. Syn. lichtzinnig, luchthartig. 3. veranderlijk, wispelturig : de -e mode. 4. ondegelijk, niet ernstig : een onderwerp; iets bespreken.

2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

lichtvaardig

(-er, -st), I. bn., 1. zonder overleg, onberaden, ondoordacht; 2. ondegelijk: een lichtvaardig onderwerp II. bw., 1. op een onbezonnen manier: zijn vertrouwen lichtvaardig wegschenken; 2. op een wijze die niet van ernst getuigt: een lichtvaardige eed doen.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)