Wat is de betekenis van levensloos?

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

levensloos

levensloos - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder leven Na het lopen van de 4 daagse kwam hij levensloos over de eindstreep. Woordherkomst afgeleid van leven met het achtervoegsel -loos met het invoegsel -s- Synoniemen levenloos, dood, futloos, gevoelloos, moe