Latijns
bn in het Latijn (bijv. een geschrift), van het Latijn.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., 1. in het Latijn vervat, tot het Latijn in betrekking staande: Latijnse spraakkunst; — Latijnse school, eertijds de naam van scholen die voorbereidden voor de academische studie en waar in hoofdzaak Latijn en Grieks geleerd werd. 2. behorend tot het volk der Latijnen; het Latijnse burgerrecht. 3. Latijnse Kerk,...
M. J. Koenen's (1937)
bn., bw. (van of als van de Latijnen of Romeinen; van of als van de Latijnse volken nl. Italianen, Spanjaarden, Fransen enz.): de latijnse schrijvers, het latijnse letterschrift, nl. het onze; de latijnse school, vroeger ongeveer = gymnasium; een latijns woordenboek; de latijnse kerk, de R.-K. kerk, die in haar liturgie Latijn bezigt; de latijnse U...
Jozef Verschueren (1930)
(la'tijnz) bn. 1. van de Latijnen of Romeinen: de -e taal. 2. van, in, betreffende het Latijn : een woordenboek; -e gezangen. 3. in het Latijn geschreven hebbend of schrijvend : een dichter. 4. Romaans ; de -e volken.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
bn., 1. in het Latijn vervat, tot het Latijn in betrekking staand: Latijnse spraakkunst; Latijnse school, eertijds de naam van scholen die voorbereidden op de academische studie en waar in hoofdzaak Latijn en Grieks werd geleerd; 2. behorend tot het volk van de Latijnen: het Latijnse burgerrecht; 3. Latijnse Kerk, dat deel van de Katholieke Kerk...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: