Wat is de betekenis van Lastig?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

lastig

lastig - Bijvoeglijk naamwoord 1. moeilijheden veroorzakend of opwerpend Hij is het lastigste kind van de klas. Dat is een lastiger probleem dan het vorige. lastig - Bijwoord 1. met moeite, op lastige wijze 2. bijwoordelijk deel...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

lastig

lastig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: las-tig 1. waar je door gestoord of belemmerd wordt ♢ de kinderen waren vandaag erg lastig 1. hem lastig vallen [hem storen of tegen zijn zin aanraken]...

2024-04-25
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

lastig

- het lastig hebben, het zwaar, druk hebben.

2024-04-25
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Lastig

een - portret een lastig mens. Informele uitdr. Een lastig portret, die Greet, echt een dame. (Jan Mens: Mensen zonder geld, 1939)

2024-04-25
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

lastig

Van of m. betr. t. personen: moeilijk, druk, zwaar, vooral in de verb. het lastig hebben: hij heeft het altijd lastig gehad, veel kinderen en een zieke vrouw! - gewest, ook: boos, verstoord, zeurig, gemelijk, vervelend: maakt u daar toch niet lastig in; hij is lastig vandaag. Opm.: In de standaardt. wel: last bezorgend (last...

2024-04-25
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Lastig

Lastig komt van last en last komt van laden, zoals dienst van dienen. Lastig is dus letterlijk: een last vormend, dus: zwaar, drukkend. Men gebruikte het woord vroeger ook van spijzen die zwaar op de maag lagen. Lastig waren voorts de mensen in wier onderhoud door hun familie moest worden voorzien. Zij kwamen tenlaste van zoons en dochters of van d...

2024-04-25
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

lastig

bn, bw., (i.h.b.:) brutaal, opdringerig met erotische bedoelingen t.o.v. een vrouw. Een ochtend, zo tegen half vijf ( ), komt die man me een mooi knap meisje tegen. En die man, kapitein, hij was een lastige man, dus hij fluit naar die dame (Defares 52). Kijk wat ik voor je heb, zei hij en liet onhandig de cadeautjes in haar boodschappentas vallen....

2024-04-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

lastig

hinderlik; moeilik.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Lastig

adj. & adv.; (moeilijk), lestich, lêstich, dreech, slim; een -e zaak, in min ding, in minne goai; eenwerk, in Moedigen wurk; — werk, ûnredsum wurk; een geval, in trochnaeide, binaeide boel; (zorg veroorzakend), lestich, lêstich, forfelend; — ...