kwansuis
schijnbaar, naar het lijkt, quasi
Van Dale Uitgevers (1950)
KWANSWIJS, bw., schijnbaar, naar ’t heten of verbeelden moet, quasi, voor de leus : hij stemde kwansuis toe; hij heeft het kwansuis gedaan om u te gehoorzamen.
Jozef Verschueren (1930)
(kwan'suis) bw. [Fr. < Lat. quamsi ut, alsof] in schijn, voorgevend, niet gemeend: toestemmen.
Dr. C.H. PH. Meijer (1919)
als ’t ware, schijnbaar, mnl. quansijs; later ook wel geschreven kwanswijs, door gedachte aan samenst. met wijs; uit ofra. quainses, lat. quam si (alsof). Rechtstreeksch uit lat. namen wij over met dezelfde bet. quasi.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: