Wat is de betekenis van kosteloos?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kosteloos

kosteloos - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder kosten Als de kleren niet passen mag je ze kosteloos terugsturen naar de webwinkel. Woordherkomst afgeleid van kost met het achtervoegsel -loos met het invoegsel -e-

2024-04-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

kosteloos

vry, gratis.

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Kosteloos

adj. & adv., forgees, om ’e nocht.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kosteloos

bn. bw., niets kostend, d.w.z. zonder kosten voor degeen die er van profiteert, gratis, vrij : kosteloze geneeskundige behandeling; kosteloos otulerwijs; kosteloos procederen, pro deo ; — (meton.) kosteloze school, waarvoor geen schoolgeld betaald hoeft te worden; — (zelfst.) een kosteloze, leerling van een k...

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kosteloos

bn., bw.; niets kostende, gratis, om niet: kosteloos onderwijs; iets kosteloos verzenden.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kosteloos

('kostə) bn. (...loze) en bw. niets kostend, om niet, gratis : – onderwijs; ...loze vaccinatie; de verzending is –; iets – verzenden.

2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kosteloos

bn. en bw., niets kostend, d.w.z. zonder kosten voor degeen die ervan profiteert, gratis, vrij: kosteloze geneeskundige behandeling; — onderwijs; — procederen, pro deo; (gew.) kosteloze ingang, toegang vrij, toegang kosteloos.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)