Wat is de betekenis van Kortelas?

2024-04-20
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Kortelas

[v. It. coltellaccio = eig.: hakmes, van Lat. culter, zie ook kouter; vgl. Fr. coutelas] kort tweesnijdend zwaard; ook: grote dolk.

2024-04-20
Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

kortelas

kortelas - mann. roede; eig. ‘grote dolk’ (vgl. degen). Gyle weedwen, die eerst Haar brave mannen... porden om te rijden, En, met sijn cortelas te strijden, s. 97 VAN RUSTING, Werken 2:, 33 [2e h. 17e e.].

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kortelas

(<Fr.), v. (-sen), kort tweesnijdend zwaard, grote dolk.

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kortelas

v. kortelassen (Fr. coutelas): breed, kort zwaard.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kortelas

v. (-sen) [Fr. coutelas] brede, korte sabel.

2024-04-20
Woorden en uitdrukkingen verklaard

Dr. C.H. PH. Meijer (1919)

Kortelas

van fra. coutelas, een afleiding van ofr. coutel = couteau (mes). De r is ingevoegd als bij arzijn naast azijn, karmil n. kamille, karnijn n. konijn, karpeson n. kapeson, kursak n. kasak, karzuifel n. kazuifel, perlot = fra. peloite, vernijn n. venijn (meest in den volksmond), vgl. bij Komfoor. Vondel schrijft dit woord nog courtelas (1, 718).

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kortelas

[→Fr. coutelas], v./m. (-sen), kort tweesnijdend zwaard, grote dolk.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kortelas

KORTELAS, v. (-sen), ’t Fransche coutelas, korte en breede sabel.

Gerelateerde zoekopdrachten