kopen
kopen - Werkwoord 1. (ov) in ruil voor geld iets in bezit krijgen kopen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord koop Synoniemen aanschaffen, overnemen
Nederlandstalige WikiWoordenboek
kopen - Werkwoord 1. (ov) in ruil voor geld iets in bezit krijgen kopen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord koop Synoniemen aanschaffen, overnemen
Nederlands woordenboek voor onderwijs
kopen - onregelmatig werkwoord uitspraak: ko-pen 1. het krijgen in ruil voor geld ♢ ik koop een nieuwe jas 1. dat huis is te koop [je kunt het kopen] 2. wat koop i...
Ontwerp nu je advertentie. Direct online!
Peter Bakema
(kocht, gekocht) troeven in het kaartspel - kopen aan een prijs, kopen voor een bepaalde prijs - een kind(je) kopen, een kind(je) krijgen Mijn moeder moest een kind kopen. Haar tweede, maar ook al haar laatste. - DM, 04-05-2002.
AUTEUR VAN HET BRIDGE WOORDENBOEK - "BRIDGE OPZOEKBOEK" (UITGAVE 1998)
In het zuiden van het land gebruikte term voor aftroeven. Waarschijnlijk afgeleid van het Franse ‘couper’.
Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg: Vloeken, een cultuurbepaalde reactie op woede, irritatie en frustratie (SDU, 2001).
Een van de regels uit het verwensingsversje stik, verrek, verrot, verteer luidt in Rijnsburg: koop een kaartje naar de hel//groetjes en vaarwel! Deze verwensing duidt op haat en wrevel. Degene die haar naar zijn hoofd geslingerd krijgt, weet dat de relatie met verwenser zo goed als onherstelbaar is.
Nederlandse encyclopedie
(kocht, heeft gekocht), (overg.) 1. zich door koop verschaffen, zich in eigendom verwerven door de daarvoor gevraagde of geboden prijs te betalen: huizen, landerijen enz. —; wat heb je gekocht voor dat geld?; vaak abs.: — en verkopen; van, bij iemand —; ik koop daar nooit; iets duur, goedkoop, voor een spotprijs —; (zegsw.)...
Friesch woordenboek
v., keapje, k o c h t (k o f t), k o c h t (k o f t); trachten iets te —, om eat sjen; pas gekocht, nijkeap.
Nederlands woordenboek (7e druk - 1950)
(kocht, heeft gekocht), 1. zich door koop verschaffen, zich in eigendom verwerven door de daarvoor gevraagde of geboden prijs te betalen: huizen, laiulcrijen enz. kopen; wat heb je gekocht voor dat geld? vaak absol.: kopen en verkopen; van, bij iem. kopen; ik koop daar nooit; — iets duur, goedkoop, voor een spotprijs kopen ; &m...
M. J. Koenen's Verklarend handwoordenboek
kocht, heeft gekocht; voor geld in zijn bezit krijgen; een huis kopen; kopen en verkopen; ik koop niet in het buitenland, betrek mijn waren niet uit.
Modern Woordenboek (1930-1961)
(kocht, heeft gekocht) 1. voor geld in zijn bezit krijgen: een boek voor 200 fr.; stof tegen 125 fr. de meter; iets duur, goedkoop, kontant, voor een spotprijs -; bij, van iemand -. Gez. op krediet -, om later te betalen; op tijd, op levering -, om later te leveren; zich in een gesticht -, geld betalen om erin opgenomen te worden. ➝ appel, geld, ha...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.