Wat is de betekenis van kont?

2023-10-02
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2023)

kont

1) (1741) (conte) (inf.) achterste, zitvlak. Tot aan het begin van de 20e eeuw betekende het woord ook nog 'vagina'. • Kont, v., meerv. konten. Het achterste, de aars. In veler oorden is dit een zeer vuil woord. (Petrus Weiland: Groot nederduitsch taalkundig woordenboek. 1859) • En als de Radetzkymars over de radio kwam zong hij het mee...

2023-10-02
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kont

kont - Zelfstandignaamwoord 1. (informeel) (dierkunde) de billen, het achterwerk Hij zat de hele dag op z'n kont en deed niets. 2. (scheepvaart) de achtersteven van een schip De bijboot was aan de kont van het jacht vastgemaakt. Verwante be...

Direct toegang tot alle 12 resultaten over kont?

Word nu vriend van Ensie
2023-10-02
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

kont

kont - zelfstandig naamwoord 1. gedeelte van het lichaam waar je op zit ♢ ga eens even op je kont zitten! 1. hij zit de hele dag op zijn luie kont [doet niets] 2. je kunt hier j...

2023-10-02
Jargon & Slang van Matrozen en mariniers

Marc De Coster (2017)

Kont

Kont - achterste van een schip.

2023-10-02
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

kont

→ hol

2023-10-02
Lesbotaal Lexicon Lesbiaans : lexicon van de lesbotaal

Hanneke Kunst en Xandra Schutte (1991)

Kont

Kont - achterste. Je kont is groter dan je / hart, maar even rond. (Elly de Waard, 1986).

2023-10-02
Watersport A-Z

Kramer en de Bruin (1971)

Kont

Kont - benaming waarmee soms het achterschip van vaartuigen wordt aangeduid.

2023-10-02
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kont

v. (-en), (plat) 1. vrouwelijk schaamdeel; — (zegsw.) zo mond, zo kont; los in de mond, vast in de kont, ruwe taal wijst nog niet op oneerbare levenswijs; 2. achterste, gat: voor je kont kan je krijgen, zei de baas (v. Looy); — kop en kont, een kort, dik persoon; — de kont tegen de krib gooien,...

2023-10-02
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kont

v. (-en; -je) Plat. achterste, gat: -je dossen.

2023-10-02
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kont

v./m. (en), 1. (plat) achterste, gat; de — tegen de krib gooien, een koppige, weerspannige houding aannemen; zijn ergens indraaien, zich erin wer ken; (aan) mijn —!, er komt niets van in; iemand in zijn — kruipen, hem naar de mond praten; 2. kop of —, kruis of munt; 3. achtersteven van een schip.

2023-10-02
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kont

KONT, v. (-en), (plat) achterste, gat; iem. in zijn kont kruipen, alles doen om het hem naar den zin te maken, om hem welgevallig te zijn; — ge kunt er wel met je kont op naar Keulen rijden, gezegd van een zeer bot mes; — hij heeft geen nagel om zijn kont te krabben, hij is doodarm; — iem. bij kop en kont de deur uitgooien, vier...

2023-10-02
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Kont

Kont, v. (-en), achterste, aars, gat.