Wat is de betekenis van Kokarde?

[Fr. cocarde, van OFr. coquart = ijdel] 1 versiersel op soldatenmuts; 2 roos van linten op hoed als kenteken van bep. partij e.d.

onderscheidingsteken

kokarde - Rozetten, knopen van linten of soortgelijke versiersels, die meestal op een hoed worden gedragen ter aanduiding van functie of partij, als onderdeel van een livrei of ter decoratie.

onderscheidingsteken, rozet met de nationale kleuren

v. (-s), onderscheidingsteken, gewoonlijk in de vorm van een strik, rozet of (thans bij militairen) een ovale knop, in de nationale of partijkleuren, aan het hoofddeksel gedragen als partijteken of als nationale leus, soms alleen als versiersel (b.v. bij koetsiers).

v. -s (hoed-, mutsstrikje, lintje of rozetje, met de nationale of partijkleuren; Z.-N. kaakslag); Fr. cocarde = hanekam.

(ko'kardә) v. (-s) [Fr. < coq, haantje (de voorste)] rozetje met bepaalde kleuren als partijteken: een op steken.

zie Cokarde.

KOKARDE, v. (-s), oorspronkelijk eene haneveer, nu een band, lint of roos van bepaalde kleur, als veld- of partij teeken of als nationale leus.

KOKARDE. (Eene) Eenige weinige Loges hebben het gebruik aangenomen, om hare medeleden eene blaauwe kokarde op den hoed te laten dragen, en geven aan deze de beteekenis van vrijheid en gelijkheid. Zoo weinig overeenkomst als er tusschen dit teeken en deze beide zaken plaats vindt, even zoo vreemd is het, bij de kleeding van eenen Vrijmetselaar, zulk...