knoert
...
Marc De Coster (2020-2024)
1) (1951) (inf.) als voorvoegsel gebruikt ter versterking: erg, in grote mate. Bijvoorbeeld: knoertdronken, knoertgek. Ook wel: knoeper(d)-. Zie ook: een knoert van een... • Plus twee radio's, die altijd knoerthard aanstaan. (De Nieuwsgier, 26/09/1951) • Deze vent is gek. Hardstikke starnakel knoertgek. (Willy van der Heide: Cnall-effect...
Wiktionary (2019)
knoert - Zelfstandignaamwoord 1. iets bijzonder groots en opvallends ♢ Wat een knoert van een fout was dat, zeg!
Instituut voor de Nederlandse Taal (2019)
Marc de Coster (1998)
een - van een gezegd van iets groots in zijn soort. Het WNT citeert Boekenoogen: ‘’t Is ’en knoert van ’en kerel’. Tegenwoordig vooral populair onder jongeren. Knoert bet. in die kringen eveneens ‘geweldig, leuk, fijn’. Ook wordt het woord als voorvoegsel gebruikt, bijv. knoertleuk; knoertgezellig. Vgl. joekel. Hij kocht een knoert van een taart.....
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
I. m. (en), iets groots in zijn soort: een van een zalm; II. bw., geweldig, bijzonder: — ver velend.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: