knar
Het begrip knar heeft 2 verschillende betekenissen: 1) hoofd. 2) oud persoon. oud persoon, vaak een man.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip knar heeft 2 verschillende betekenissen: 1) hoofd. 2) oud persoon. oud persoon, vaak een man.
Marc De Coster (2020-2024)
1) (1906) (Barg.) hoofd. Wellicht een klanknabootsing. De volkstaal kent volgende syn. voor hoofd: ballon*; bazuin*; bledder*; bloemkool*; bovenkamer*; dak*; edde*; harses*; kabas*; kalebas*; kanes*; kei*; ketel*; kiebes*; klapbes*; knerp*; knikker*; kobus*; koffiekan*; koker*; kokosnoot*; krakepit*; luisweide*; neut*; okkernoot*; olienoot*; pan*;...
Wiktionary (2019)
knar - Zelfstandignaamwoord 1. van een persoon dat deze oud en taai is ♢ Voor de realitysoap Krasse knarren stopt omroep MAX vijf bekende ouderen in een huis, dat geheel in seventiesstijl is ingericht. Dit met het idee dat ze daar hun jonge zelf hervinden. De vormgeving is een feest voor designfans, de...
Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)
(iets hards; mog. een klanknabootsing), hoofd: Een van de Schooiers kreeg pardoes door een klinker een gat in z’n knar ... ‘Au. Au. m’n kop, m’n knar!’ LEONHARD 4.
Marc de Coster (1998)
uit zijn - gaan idem als uitde/zijn bol gaan. Vnl. jeugdtaal. Knar is een slangwoord uit het begin van deze eeuw (o.a. terug te vinden bij Israël Querido en Koster Henke), voor ‘hoofd, kop’ (Schiet hem voor zijn knar). Het wordt ook metonymisch gebruikt voor ‘man’. Onze manager ging uit z’n knar. (Oor, 17/05/86)
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-ren), 1. schonk, kluif waar niet veel aan is; — (oude) boomstronk; — taai studieboek dat iem. moet doorwerken; 2. oud mens die nog taai is ; — gierigaard: ’t is zo’n oude knar ; 3. (volkst.) hoofd.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: