Wat is de betekenis van Klomp?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

klomp

Het begrip klomp heeft 2 verschillende betekenissen: 1) vormeloze samenhangende massa. vormeloze, samenhangende massa; vormeloos, samenhangend brok. Meestal van een bepaalde stof. 2) van hout gemaakte schoen. schoen die bestaat uit een blok uitgehold hout en die traditiegetrouw veel door boeren of op een boerderij wordt gedrag...

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

klomp

1) (1906) (Barg.) grote neus. Vgl. aardbei*; boegspriet*; domper*; flip*; fokkenmast*; gaffel*; gevel*; gieber*; giechel*; gok*; kalebas*; kapstok*; karbonkel*; keg*; klus*; knol*; koker*; komkommer*; luifel*; mop*; retteketet*; scheg*; snotfabriek*; snotgat*; snotkoker*; snotterd*; snufferd*; snuiterik*; stofzuiger*; toeter*; tromp*; trompet*; vo...

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

klomp

klomp - Zelfstandignaamwoord 1. (schoeisel) schoeisel van hout, eventueel in combinatie met leer In het buitenland is het beeld van een Nederlander op klompen nog niet helemaal verdwenen. 2. een vrij vormeloze hoeveelheid materiaal Hij deed er een klompje...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

klomp

klomp - zelfstandig naamwoord 1. houten schoen ♢ op het platteland draagt men nog altijd klompen 1. nou breekt mijn klomp! [daar ben ik stomverbaasd over] 2. dat kun je op je kl...

2024-04-25
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Klomp

1. dat zal mijn - niet roesten, dat kan me niks schelen. Zie het zal me aan mijn kont/reet/rug roesten. 2. op -en, niet overtuigd, bijv. liberaal, rooms enz. op klompen.

2024-04-25
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

klomp

zie pomp.

2024-04-25
Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Klomp

Gerardus Anthonij Louis; geb. Den Haag 19 juni 1878, overl. Noordwijkerhout 28 juli 1957. Woonde en werkte in Den Haag, Brussel tot 1901, daarna in Den Haag. Kunstschilder.Scheen 1969.

2024-04-25
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

klomp

(de, -en), sandaal met houten zool. Een vrouw in een versleten jurk was de winkel komen binnen sloffen op houten klompen die een eigenaardig geklepper voortbrachten, tip-tip, tip-tip (B. Ooft 1969: 32). - Etym.: S krompoe. AN k. = gesloten schoen bestaande uit één stuk hout. Vgl. E dump = o.m. (extra) dikke zool, E dog = o.m. schoen m...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

klomp

vormlose, samehangende massa; hele aantal; houtskoen.