Wat is de betekenis van kletsen?

2024-04-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

kletsen

1) (1980+) (wielr.) versnellen, demarreren*. 'Eroverheen kletsen': snel inhalen en wegrijden. • Adri wachtte te lang en ik kletste gelijk over die Bels hhen. (Wielerexpress, 1988) • Er is niemand anders die zo verschrikkelijk mooi de zaak voor Nelissen kan voorbereiden. Gaat de concurrent 65 kilometer per uur rijden? Marc zal 'm uitlache...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kletsen

kletsen - Werkwoord 1. (ov) (ditr) iemand een klets geven, iemand slaan Ze kletste hem een plas ijskoud water in het gezicht. 2. (inerg) praten, babbelen Hij kwam bij me zitten op het terras, en we kletsten wat. kletsen - Zelfstandig...

2024-04-19
Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Kletsen

Kletsen - versnellen, demarreren. Zie ook wegkletsen. 'Eroverheen kletsen': snel inhalen en wegrijden. Adri wachtte te lang en ik kletste gelijk over die Bels heen. - Wielerexpress 1988 'Erdoorheen kletsen': tussen een aantal renners door naar voren fietsen. ​

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

kletsen

kletsen - regelmatig werkwoord uitspraak: klet-sen 1. gezellig praten over onbelangrijke dingen ♢ ik heb wel een half uur via de telefoon met haar zitten kletsen 2. een geheim doorvertellen ♢ we...

2024-04-19
Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

kletsen

Versnellen, demarreren. Zie ook: wegkletsen. ‘Eroverheen kletsen’: snel inhalen en wegrijden. Adri wachtte te lang en ik kletste gelijk over die Beis heen. (Wielerexpress, 1988) Want dan kromt Moser - de Italiaan met het leeuwenhart - zijn rug voor De Allesbeslissende Aanval. Of om Knetemann op z’n Knetemann’s te citeren: ‘Hij kletste ineens recht...

2024-04-19
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

kletsen

(onov ww; kletste; h. en is gekletst) - versnellen, demarreren, syn. wegkletsen, uit je hol kletsen: er overheen kletsen, andere renner(s) na een versnelling inhalen, passeren en achterlaten.

2024-04-19
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

kletsen

(kletste, heeft gekletst), 1. vervelen, hinderen; i.h.b. iemand van de andere sëxe hinderlijk achterna lopen. Ze hadden een héle scène. Ze zei tegen hem, dat hij kon opdonderen, wat hij meer kwam kletsen, dat hij naar 2:ijn hoeren kon gaan in plaats van haar te konten lastig vallen (Dobru 1968c: 23). 2. (kletsen aan) prutsen aan...

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Kletsen

v., kletse; (snappen), kletse, rattelje, klaphout forsjitte; er wordt over hem gekletst, hy is yn ’e bolkoer rekke.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)