kletsen
1) (1980+) (wielr.) versnellen, demarreren*. 'Eroverheen kletsen': snel inhalen en wegrijden. • Adri wachtte te lang en ik kletste gelijk over die Bels hhen. (Wielerexpress, 1988) • Er is niemand anders die zo verschrikkelijk mooi de zaak voor Nelissen kan voorbereiden. Gaat de concurrent 65 kilometer per uur rijden? Marc zal 'm uitlache...