Wat is de betekenis van kits?

2024-03-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

kits

(1903) (Barg.) in orde, oké, voor elkaar. Soms ook: 'alles kits, kachel in bed, kindje in de kolenbak'. Een andere grappige variant is kitserdebitsie. Het Bargoense woord kits, dat ook `gezond' betekent, is afgeleid van het Jiddische 'alles gietes' (van Duits alles gute), een heilwens. Onder de Nijmeegse jeugd van de jaren dertig van de twin...

2024-03-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kits

kits - Zelfstandignaamwoord 1. (scheepvaart) een zeiljacht met twee langsgetuigde masten, de achterste is ruim voor de positie van het roer geplaatst. De achterste mast van een kits is korter dan de grote mast. kits - Bijvoeglijk naamwoord 1. (spreektaal) in orde, goed, pret...

2024-03-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

kits

kits - bijvoeglijk naamwoord 1. in orde ♢ is alles kits thuis? 1. alles kits achter de rits? [is alles goed? hoe is het ermee?] Bijvoeglijk naamwoord: kits

2024-03-19
Mokums woordenboek

Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)

kits

(< Jidd. (alles) gietes (alle) goeds), goed, in orde: ‘Alles kits?’ Parooll.

2024-03-19
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Kits

[v. Jidd. alles gietes, van Du. alles Gute = alle goeds] (volkst.) oorspr. in de uitdrukking: alles kits, alles in orde; ook: fijn, gezond.

2024-03-19
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Kits

zie ketch.

2024-03-19
Woordenboekje Nederlandse Jiddisch

H. Beem (1975)

Kits

in orde, goed; Nederlandse volkstaal, waarschijnl. van Jiddisch (alles) gietes; Nieuwhoogduits alles Gute.

2024-03-19
Watersport A-Z

Kramer en de Bruin (1971)

Kits

Kits - jacht met kitstuig. Tuigage met twee masten waarbij de bezaan relatief groot is, zodat de bezaansmast voor het roer geplaatst is. Dit in tegenstelling tot een → yawl, waarbij de relatief kleine bezaan achter het roer geplaatst is. Klaar om te wenden, commando voor het → overstag gaan.

2024-03-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

kits

in ‘n kits, oombliklik, dadelik.

2024-03-19
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Kits

(Barg.) gezond, in orde

2024-03-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kits

v. (-en), hoop grint of steenslag van een bepaald driehoekig profiel, op regelmatige afstanden langs verharde wegen opgeslagen.

2024-03-19
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Kits

hoop steenslag of grint, die tot aanleg of onderhoud van de weg op de berm wordt opgeslagen.

2024-03-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kits

I. v. -en (naam van de hopen, waarin voorraden van verhardingsmateriaal op de wegbermen worden opgeslagen); II. v. -en (Eng. ketch; vero. zeeschip met één dek en twee masten; thans: naar de wijze van een kits getuigd pleiziervaartuig); III. (Barg. in orde).

2024-03-19
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Kits

Grindhoop langs de wegen.

2024-03-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kits

I. v. (-en) [Eng. < Turks] licht ééndeks Engels vaartuig, met drie masten. II. bn. en bw. in orde : alles -.

2024-03-19
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Kits

Kits - Wegverhardingsmaterialen, zooals grind en steenslag, worden gewoonlijk in korte of langgestrekte hoopen van een bepaald profiel langs den weg opgezet, zoodat men slechts de gemiddelde lengte van deze hoopen heeft te meten, om de hoeveelheid te bepalen. Men noemt deze hoopen kitsen. Voor het opzetten ervan maakt men gebruik van een mal, waarv...

2024-03-19
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kits

KITS, v. (-en), eene soort van licht Engelsch vaartuig met één verdek en drie masten.

2024-03-19
Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Kits

z.n.v. - Vaartuig, dat voornamelijk by de Engelschen in gebruik is. Het is gewoonlijk vierkant van vorm, met een galjoen versierd, en twee masten voerende. Het groot zeil heeft den vorm van een bezaan. Boven het groot zeil voert het een marszeil en een bramzeil, en boven het bezaan een kruiszeil.