Wat is de betekenis van kindergeld?

2024-04-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

kindergeld

(1984) (Vlaanderen, sch.) mannelijk geslachtsdeel. Syn.: kinderbijslag*. • (H. Mullebrouck: Vlaamse volkstaal. 1984) • Dat was recht in zijn kindergeld, zeg. (VRT Televisieprogramma Bevergem, 18/11/2015) • (Johan De Caluwe, Veronique De Tier, Anne-Sophie Ghyselen, Roxane Vandenberghe: Atlas van het Dialect in Vlaanderen. 2021) p. 8...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kindergeld

kindergeld - Zelfstandignaamwoord 1. het geld wat men op enigerleiwijze ontvangt voor een kind, bijv. kinderbijslag Woordherkomst samenstelling van kind en geld met het invoegsel -er-

2024-04-19
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

kindergeld

kinderbijslag (informeel) Waarom geven we nog kindergeld aan tweeverdieners in tijden waarin we allemaal moeten besparen? (De Standaard) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 5 Vlaamsheid: 6

2024-04-19
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

kindergeld

(het) kinderbijslag Vanaf 1 augustus 2002 gelden voor alle schoolverlaters dezelfde regels voor het recht op kindergeld. - GvA, 14-07-2002.

2024-04-19
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

kindergeld

In de omgangst. voor: kinderbijslag; voor ambtenaren bep.: kindertoelage. Terwijl wij ons kindergeld optrekken, doet Gina Lollobrigida de filmmaatschappij een proces aan omdat ze veertien miljoen te weinig gekregen heeft voor dat optreden aan de Perzische Golf, GHYSEN 1962, 29. Soms is getrouwd-zijn ook niet alles, kind ... : je man drinkt ..., ho...

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kindergeld

o. (-en), toelage van staatswege aan predikanten ten behoeve van kinderen onder de 22 jaar die te hunnen laste komen.