Kind noch kraai hebben
Niemand hebben om voor te zorgen
F. Stoett (1977)
geen bloedverwanten hebben, bepaaldelijk: voor niemand te zorgen hebben; in de. middeleeuwen kint no craet hebben, waarin craet eigenlijk betekent gekraai1) en bij overdracht het dier dat kraait, de haan (vgl. een wilde kraai van een meid; een oude zeur, een grijn, een klets, een drens). In de Taalk. Bijdr. 2, 43 leest men aangaande de oorsprong va...
F.A. Stoett (1923-1925)
D.w.z. geene bloedverwanten hebben, voor niemand te zorgen hebben. In de litteratuur is kind noch kraai eerst in de 17de eeuw aangetroffen o.a. bij V. Beaumont, 46; V. Moerk. 499; Ogier, 42: Een Wijf, daer ick noch kint noch kraey by en creegh; Westerbaen II, 244: Ick heb hier gheen nicht' of neven, noch kind noch kray, noch vriend noch...
T. Pluim (1921)
zonder familie zijn, niemand hebben, waarvoor men moet zorgen. Kraai bet. het gekraai van een haan (een hanencraey, een kraai geven), bij overdracht: de kraaier zelf. Geen kraai, d.i. haan, te bezitten was het kenmerk van een ledig erf. Immers, werd in de Middeleeuwen een alleenwonend man ’s nachts door een moordenaar aangevallen en doodde hi...
F.A. Stoett
geen bloedverwanten hebben, bepaaldelijk: voor niemand te zorgen hebben; in de. middeleeuwen kint no craet hebben, waarin craet eigenlijk betekent gekraai1) en bij overdracht het dier dat kraait, de haan (vgl. een wilde kraai van een meid; een oude zeur, een grijn, een klets, een drens). In de Taalk. Bijdr. 2, 43 leest men aangaande de oorsprong va...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: