Wat is de betekenis van kibbelarij?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kibbelarij

kibbelarij - Zelfstandignaamwoord 1. het kibbelen 2. de keer dat men kibbelt De neiging van politici hun maatschappelijke visie te reduceren tot soundbites is een symptoom van het verdwijnen van de politiek, aldus Schinkel. De afgelopen decennia is zij langzamerhand veranderd in beheer. Links en rechts lijk...

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Kibbelarij

s., strideraesje, kibberij.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kibbelarij

v. (-en), gekibbel, twistzoekerij; kibbelpartij.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kibbelarij

v. -en (gekibbel; kibbelpartij).

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kibbelarij

('rij) v. (-en; -tje) gekibbel, twistzoekerij.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kibbelarij

v. (-en), gekibbel, twistzoekerij; kibbelpartij .

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kibbelarij

KIBBELARIJ, v. (-en), gekibbel, twistzoekerij.