Wat is de betekenis van Kerstboom?

2023-03-28
Ensie Encyclopedie

Ensie (2022)

Kerstboom

Een kerstboom is een spar of naaldboom die elk jaar rond kerstmis door mensen in huis wordt gehaald en versierd wordt met kerstballen en lampjes. De kerstboom is tegenwoordig uitgegroeid tot een wereldwijde traditie. Oorspronkelijk is het gebruiken van een groenblijvende boom een heidens symbool. De boom staat symbool voor vruchtbaarheid en vernie...

Lees verder
2023-03-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2023)

kerstboom

1) (1970) (luchtv.) vliegtuig waaruit onderdelen gekannibaliseerd worden. • (de Vliegende Hollander, 25/05/1970). 2) (1968) (Barg.) (steeds meervoud) aantal jaren gevangenisstraf in Veenhuizen. 'Die gannef moet nog vier kerstbomen uitzitten'.' Ook als soldatentaal: aantal jaren te dienen. Verder meer algemeen (zie citaat M. Berk). ...

Lees verder
2023-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kerstboom

kerstboom - Zelfstandignaamwoord 1. een rond Kerstmis opgestelde naaldboom met allerlei versieringen Bijna iedereen heeft met Kerstmis een kerstboom in de huiskamer staan. Woordherkomst samenstelling van kerst en boom

Lees verder
2023-03-28
Jargon & Slang van Matrozen en mariniers

Marc De Coster (2017)

Kerstboom

Kerstboom - stelsel van dakbuizen op een onderzeeër.

2023-03-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

kerstboom

kerstboom - zelfstandig naamwoord uitspraak: kerst-boom 1. sparrenboom die met Kerstmis wordt versierd en verlicht ♢ veel Nederlanders hebben met Kerstmis een kerstboom in huis Zelfstandig naamwoord: kerst-boom de ke...

Lees verder
2023-03-28
Lexicon antroposofie

Henk van Oort (2010)

Kerstboom

in antroposofische instituten en in huiselijke kring is de gewoonte ontstaan de kerstboom te versieren volgens aanwijzingen van Rudolf Steiner. De boom wordt versierd met dertig papieren rode rozen en drie witte rozen in de top. De rode rozen staan voor de periode van dertig jaar waarin Jezus op aarde geleefd heeft vóórdat in zijn lichaam bij de do...

Lees verder
2023-03-28
Sinterklaaslexicon

Marie-José Wouters (2009)

Kerstboom

In de 18 de eeuw verkochten staatventers in Zwitserland voor 6 december ‘Sanicklaus-Baumli’ (sinterklaasboompjes). Een prent van Usteri laat een versierd boompje (een spar?) zien met kaarsjes en lekkernijen. Sinterklaas werd ook wel afgebeeld naast een boompje vol appels. De boom gaat mogelijk terug op de mythologische levensboom Yggdra...

Lees verder
2023-03-28
XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Kerstboom

Kerstboom - De Kerstboom op de Dam* is al sinds 1962 een jaarlijks geschenk van de Noorse gemeente Trondheim aan A.

2023-03-28
Woordenboek Populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Kerstboom

1. dat is er geen voor onder de -, gezegd van een erg schuine mop. Meermaals gehoord in de jaren tachtig. 2. nog X aantal kerstbomen, nog zoveel jaren te gaan. In de wereld van de misdaad wordt het aantal jaren gevangenisstraf (in Veenhuizen) aangeduid met kerstbomen. In het soldatenslang bet. het ‘het aantal jaren dat een soldaat nog moet dienen’....

Lees verder
2023-03-28
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

KERSTBOOM

voor het eerst als een met de kerstdagen versierde boom vermeld in 1605 te Straatsburg, Noord-Brabant is een van de grootste producenten van de kerstboom in Nederland; speciale terreinen worden hiervoor aangeplant. Het zou eerst omstreeks 1840 de gewoonte zijn geworden om een kerstboom in huis te nemen. De teelt van een kerstboom duurt van ca 5 tot...

Lees verder
2023-03-28
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Kerstboom

een met kaarsen en sieraden opgetuigde dennenboom, die in den Kersttijd (gewoonlijk van Kerstavond tot Driekoningen) veelal in de huisgezinnen wordt geplaatst bij de → Kerstkribbe en waarvan het licht de komst van Christus, het Licht der wereld, moet symboliseeren. Het gebruik ontstond in Duitschland omstreeks het jaar 1550 en vond veel verspr...

Lees verder
2023-03-28
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

kerstboom

(de, -bomen), (ook:) kunstboom in de vorm van en dienende als kerstboom. Ondertussen is door de gebeurtenissen hier de kerststemming er vrijwel geheel uit. In vele huizen is de kerstboom in de kast blijven liggen en zo ook de wand- en plafondversiering (WS 1-1-1983).- Etym.: Sparren komen in Suriname niet voor. Slechts weinigen kunnen het zich vero...

Lees verder
2023-03-28
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

KERSTBOOM

(Fr.: krystbeam). Uit Duitsland overgenomen kerstversiering. Blijkens een enquête van de Volkskundecommissie K.A.v.W. (1934) kwam deK. ca. 1885 voor het eerst in enkele herv. kerken bij het zondagsschoolkerstfeest, na 1910 nam het gebruik snel toe; pas na W.O. II zijn K.en in de dorpen huis aan huis te zien. De bezwaren in sommige prot. kring...

Lees verder
2023-03-28
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

KERSTBOOM

een met engelenhaar, snuisterijen en kaarsen versierde naaldboom, stamt waarschijnlijk uit het Germaanse midwinterfeest, maar werd met name reeds in de middeleeuwse Kerstspelen gekerstend tot symbool van Christus als de nieuw geplante levensboom van het heropend paradijs. Van deze christelijke symboliek is in het veel verspreide volksgebruik niet v...

Lees verder
2023-03-28
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Kerstboom

Jonge sparreboom (soms ook zilverden, douglas) welke dient voor de bekende kerstversiering. Hoewel het gebruik van versiering met een k. eerst in de 17e eeuw in de Elzas schijnt te zijn ontstaan en langzamerhand algemeen geworden is, zoekt men daarachter, behalve de behoefte tot versiering, een herleving of moderne vormgeving van een boomcultus, di...

Lees verder
2023-03-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Kerstboom

s., krystbeam.

2023-03-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kerstboom

m. (...bomen), een door kaarsen verlichte, meestal ook opgesierde denneboom, die met Kerstmis in de huizen, ook in scholen, winkels, stations enz. wordt opgesteld om daarbij het Kerstfeest te vieren en waaraan ook wel kerstgeschenken worden opgehangen ; — denneboompje of sparretje daarvoor bestemd.

2023-03-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kerstboom

m. -bomen (1 de met kaarsjes of andere lichtjes, en siersels opgetooide en met geschenken behangen boom, waarbij of waaromheen men Kerstfeest viert; 2 de boom bestemd voor kerstboom): 1. de kerstboom plunderen; 2. kerstbomen in alle maten.

Lees verder
2023-03-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Kerstboom

Allicht zou men meenen, dat de gewoonte van kerstboom-versiering een overoud volksgebruik moet zijn; toch is de eerste vermelding hiervan niet verder terug te voeren dan tot ca. 1520 en wel in het Z.W. van Duitschland (den Elzas). Wij vinden dan den k. alleen versierd met kunstbloemen en behangen met feestgaven; de verlichting met kaarsen komt pas...

Lees verder
2023-03-28
Jozef Verschueren

Jozef Verschueren (1930)

kerstboom

('kerzdbo;m) m. (...bomen) denneboom die met Kerstmis wordt behangen met lichtjes en geschenken.