kerel
(19e eeuw) (Vlaanderen, sch.) mannelijk geslachtsdeel. O.a. opgetekend door de dichter Gezelle. Volgens Amaat Joos (Waas Idioticon) wordt 'kerel' in Vlaanderen ook gebruikt voor iets groots in zijn soort: 'Die pronkappel is een kerel.' • (Hans Heestermans: Erotisch Woordenboek. 1980) • (Walter de Clerck: Nijhoffs Zuidnederlands Woordenbo...