keigoed
reuzegoed. heel erg goed; steengoed; reuzegoed. Voorbeelden: Vier jaar na Houthalen greep Paul Herijgers in de eigen Kempen zijn tweede nationale titel op het hoogste niveau. "Ik heb mijn werk gehad. Het was niet eventjes kampioen van België worden. Ik was goed, misschien wel keigoed." De Standaard, 1997 Eigen...