Wat is de betekenis van keeper?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

keeper

Het begrip keeper heeft 6 verschillende betekenissen: 1) keeper die (doorgaans) op de bank zit als reservedoelman, in tegenstelling tot de eerste keeper die een basisplaats heeft en normaliter in het doel staat 2) speler die bij balsporten als voetbal, hockey, handbal en waterpolo de taak heeft het doel te verdedigen; doelverdediger 3) in een zodan...

2024-04-25
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

keeper

(zelfstandig naamwoord) [alg.] doelman, doelverdedigster - Een strafschop tegen! Hopelijk houdt de doelvrouw de bal!

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

keeper

keeper - Zelfstandignaamwoord 1. (sport) Een doelman, keeper (van het Engelse goalkeeper), doelverdediger, goalie of doelwachter is een speler van een sportploeg die moet voorkomen dat de tegenstander een punt scoort. Bij voetbal, hockey, handbal, ijshockey en veel andere sporten is er een doelman....

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

keeper

keeper - zelfstandig naamwoord uitspraak: kie-per 1. iemand die de bal uit het doel moet zien te houden ♢ de keeper dook naar de hoek van het doel Zelfstandig naamwoord: kie-per de keeper ...

2024-04-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Keeper

doelverdediger

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Keeper

doelverdediger

2024-04-25
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

keeper

houder, bewaarder; conservator; bewaker, oppasser, opzichter; cipier; hoeder; veiligheidsring; sluitknip; anker keeper of the records, archivaris.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Keeper

(Eng.), m. (-s), (voetbalspel) doelverdediger.