Wat is de betekenis van Kassen?

2025-06-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-06-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kassen

(kaste, heeft gekast), in of op het water slaan (om iem. nat te gooien); — keilen.

2025-06-15
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kassen

kassen - Werkwoord 1. (inerg) (scheepvaart) elkaar door op het water te slaan nat spatten Hou op met kassen! kassen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kas

2025-06-15
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

kassen

Kassen zijn bouwwerken om planten in te kweken bestaande uit een lichte constructie (meestal van ijzer) waarvan de afsluiting naar buiten vrijwel uitsluitend uit glas bestaat.

2025-06-15
Begrippenlijst kernpunten van de economie

Redactie Ensie (1990)

Kassen

Kassen worden onderscheiden in actieve en inactieve kassen. -Actieve kassen: het gedeelte van de maatschappelijke geldhoeveelheid dat voor het doen van dagelijkse betalingen gebruikt wordt. -Inactieve kassen: het gedeelte van de maatschappelijke geldhoeveelheid dat gespaard wordt voor onvoorziene uitgaven (voorzorgsmotief) of omdat er in de toekoms...

2025-06-15
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Kassen

met glas gedekte gebouwen voor de teelt van bloemen, fruit of groenten, waarin vochtigheid en temperatuur en licht geregeld kunnen worden door verwarming, ventilatie en afscherming. De eerste K. in Ned. in 1903.

2025-06-15
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kassen

kaste, h. gekast (van edelgesteenten enz.: [in]vatten, inzetten): in zilver kassen.

2025-06-15
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kassen

(kaste, heeft gekast) in een kas zetten, invatten: edelgesteenten in een bandje -.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-06-15
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kassen

(kaste, heeft gekast), (onoverg.) in of op het water slaan (om iemand nat te gooien); keilen.