Wat is de betekenis van kaap?

kaap - Zelfstandignaamwoord 1. (aardrijkskunde) een in zee vooruitstekende landpunt. 2. (Vlaams) belangrijk moment, mijlpaal. 3. (scheepvaart) van oudsher een baken gebruikt door de scheepvaart met een kenmerkende vorm, opgetrokken uit hout of metaal. kaap - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tij...

hij zal de kaap niet halen: hij zal niet genezen. Bedoeld is hier Kaap de Goede Hoop waar zieke zeelui aan wal gezet werden. Te kaap varen: stelen. Voor Kaap Snert liggen: niets dan snert te schaften hebben. Voor Kaap Kont liggen: met twee in één bed slapen; met een vrouw naar bed gaan. Misschien nog drie maanden, misschien vier, maar dan liggen we...

kaap - zelfstandig naamwoord 1. gebergte dat uitloopt in zee ♢ op de top van de kaap konden we de zee zien Zelfstandig naamwoord: kaap de kaap de kapen

De VS gaan de kaap van 1000 doden ronden (hebben binnenkort meer dan duizend doden). De kaap van de 100 ronden (100 jaar oud worden, vgl. franchir le cap). Die film rondt de kaap van een miljoen bezoekers.

(de) (numerieke) grens, mijlpaal: de kaap van x halen, de kaap van x overschrijden Zelfs al is hij ondertussen de kaap van de 40 gepasseerd, hij heeft nog steeds de nieuwsgierigheid van een kind. - DM, 18-11-2002.

naar de - gaan een bezoek brengen aan de Rotterdamse stadswijk Katendrecht, op de linkeroever van de Maas, waar ooit de prostitutie geconcentreerd was. Vanwege de verhoogde ligging vertoont de wijk gelijkenis met een kaap. De Kaapwas vooral een begrip voor de vele zeelieden die er ’s nachts vertier zochten. In de jaren zeventig, toen de rosse buurt...

een vooruitspringende landpunt, b.v. de Noordkaap in Noorwegen. Met de Kaap wordt ook wel Kaap de Goede Hoop aan de zuidpunt van Afrika aangeduid.

In de verb. de kaap (van -) overschrijden e.d., (een bep. hoeveelheid enz.) voorbij zijn, overschrijden, achter de rug hebben enz. (Gall., naar fr. doubler le cap). Hij heeft de kaap van de vijftig (jaar) met enkele eenheden overschreden (uit een Brussels blad), Taalb. 1971, II, 656. Oostduinkerke is de eerste va...

1. kape: berg of stuk land wat spits in see inloop; gekaap, steel, deur seeroof buit. 2. Kaap, Kaapstad; Kaapse Skiereiland; Kaapprovinsie.