Wat is de betekenis van kaalkop (1)?

2024-04-20
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

kaalkop (1)

iemand met een kaal hoofd. In Vlaanderen wordt zo iemand een kletskop genoemd. Behalve den Heer Bigot, die weer een prachtige grime had verzonnen, onderscheidde zich bizonder de Heer Jurgeas, die voor den ouden kaalkop Schmoll optrad, met een meesterlijk ontworpen en volgehouden uiterlijk. (De Groene Amsterdammer, 08/11/1885)