Wat is de betekenis van Juridisch?

2023-12-06
Ensie Encyclopedie

Redactie Ensie (2022)

Juridisch

Juridisch is een bijvoeglijk naamwoord waarmee aangegeven wordt dat een bepaald onderwerp een relatie heeft met het recht. Andere veelgebruikte synoniemen zijn rechtskundig en rechtsgeleerd. Ook geeft het een bepaalde kennis van iemand over het recht en zijn of haar functie aan: "hij is juridisch medewerker; zijn juridische kennis is dan ook u...

2023-12-06
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

juridisch

juridisch - Bijvoeglijk naamwoord 1. betrekking hebbend op het recht en de rechtsleer Hij is een juridisch expert. Verwante begrippen justitieel, judicieel


Direct alle 14 resultaten bekijken?

Word vriend van Ensie!

2023-12-06
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

juridisch

juridisch - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: ju-ri-dies 1. wat in een regel van de overheid is vastgelegd ♢ juridisch is hij niet in overtreding 2. wat verband houdt met het recht en de rechtspraak ...

2023-12-06
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Juridisch

[Fr. juridique, van Lat. juridicus) rechtskundig (bijv. bijstand); rechterlijk, volgens het recht.

2023-12-06
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Juridisch

(juridiek) rechtskundig

2023-12-06
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Juridisch

juridisch, volgens 't recht.

2023-12-06
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Juridisch

(<Lat.), bn. bwr., rechtsgeleerd, rechtskundig, overeenkomstig (de leer van) het recht, daaraan gemeten of daarmee in verband staand: een juridisch betoog; juridische gronden, bezwaren; van juridisch standpunt; juridisch redeneren; een juridische beslissing, over een rechtsvraag (tegenover een beslissing omtren...

2023-12-06
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

juridisch

rechtsgeleerd.

2023-12-06
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

juridisch

(fu'ri:dis) bn. en bw. 1. rechtskundig, rechtsgeleerd : formeel -e gronden; redeneren. 2. met aanleg voor de rechtsgeleerdheid : een hoofd; een -e kop. 3. waar onderwijs gegeven wordt in het recht: de -e fakulteit.

2023-12-06
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

juridisch

[→Lat.], bn. en bw., rechtsgeleerd, rechtskundig, overeenkomstig (de leer van) het recht, daaraan gemeten of daarmee in verband staand: een — betoog; juridische gronden; van — standpunt; een juridische beslissing, over een rechtsvraag (tegenover een beslissing omtrent feitelijke vragen); de juridische faculteit, die van de rechtsge...

2023-12-06
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Juridisch

Juridisch - rechtskundig.

2023-12-06
De kleine Zuiveraar - vreemde woorden woordenboek

G.F. Callenbach (1908)

Juridisch

rechtsgeleerd.

2023-12-06
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Juridisch

JURIDISCH, bn. bw. overeenkomstig de leer van het recht, rechtskundig: de juridische faculteit; een juridisch betoog; juridisch redeneeren.

2023-12-06
Beknopt kunstwoordenboek

I.M. Calisch (1864)

juridisch

juridisch - bn. overeenkomstig de leer van het recht, rechtskundig