jongelui
jongelui - Zelfstandignaamwoord 1. aanspreektitel voor een groep jongeren ♢ In het weekend scheuren hier jongelui met auto's door de straten. Woordherkomst samenstelling van jong en lui(zelfstandig naamwoord) met het invoegsel -e-
Wiktionary (2019)
jongelui - Zelfstandignaamwoord 1. aanspreektitel voor een groep jongeren ♢ In het weekend scheuren hier jongelui met auto's door de straten. Woordherkomst samenstelling van jong en lui(zelfstandig naamwoord) met het invoegsel -e-
Muiswerk Educatief (2017)
jongelui - zelfstandig naamwoord uitspraak: jon-ge-lui 1. jonge mensen ♢ er waren alleen jongelui op het feest Zelfstandig naamwoord: jon-ge-lui de jongelui Synoniemen jeugd
Van Dale Uitgevers (1950)
mv., jonge mensen van hetzelfde of van beiderlei geslacht: een troepje jongelui; er komen veel jongelui; — de jongelui, het bruidspaar, het jeugdige echtpaar.
M. J. Koenen's (1937)
jongelieden, m. mv. (jongelieden inz. de volwassen kinderen ten opzichte van de ouders en grootouders; ook: een verloofd paartje; jonge mannen; studenten).
Jozef Verschueren (1930)
(jongelui) mv. 1. Algm. jonge mensen. 2. Inz. a. jeugdig echtpaar, jonggehuwden. b. studenten.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (mv.), jonge mensen van hetzelfde of van beiderlei geslacht: een troep -; er komen veel —; (pregnant) de -, het bruidspaar, het jeugdige echtpaar.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: