jasje
Het begrip jasje heeft 2 verschillende betekenissen: 1) overkledingstuk. korte jas als overkledingstuk. 2) bovenkledingstuk. korte jas als bovenkledingstuk; in het bijzonder: colbertjas.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip jasje heeft 2 verschillende betekenissen: 1) overkledingstuk. korte jas als overkledingstuk. 2) bovenkledingstuk. korte jas als bovenkledingstuk; in het bijzonder: colbertjas.
Wiktionary (2019)
jasje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord van jas, een kledingstuk dat over andere kledingstukken gedragen wordt en die de romp en armen bedekt jasje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord jas Synoniemen colbert, blazer
Muiswerk Educatief (2017)
jasje - zelfstandig naamwoord uitspraak: jas-je 1. korte jas voor buiten en binnen ♢ hij deed zijn jasje uit en stroopte zijn mouwen op Zelfstandig naamwoord: jas-je het jasje Synoniemen colbert
Van Dale Uitgevers (1950)
o. (-s), 1. kleine jas; — (fig.) hij heeft een jasje uitgetrokken, hij is heel wat magerder geworden;— 2. inz. jas in de bet. 2., colbertjas : hij had zijn jasje over zijn arm ; hij liep zo maar in zijn jasje, zonder overjas ; 3. (scherts.) vacht van dieren: het konijntje heeft een warm jasje aan; — schil van...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
o. (-s), 1. kleine jas; (fig.) hij heeft een — uitgetrokken, hij is heel wat magerder geworden; 2. colbertjas: hij had zijn — over zijn arm; (spr.) zoals de wind is, waait zijn —, gezegd van iemand die met alle winden meewaait; 3. (scherts.) vacht van dieren: het konijn heeft een warm — aan.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: