Wat is de betekenis van Jan mankes?

2024-03-29
Lexicon Nederlandse beeldende kunstenaars 1750-1950

Pieter Scheen (1969)

Jan mankes

Jan Mankes geb. Meppel 15 augustus 1889, overl. Eerbeek 23 april 1920. Woonde en werkte in Meppel tot 1904, Delft tot 1909, Knijpe 1909, Heerenveen (’t Meer) tot 1915, Scheveningen, daarna in Eerbeek. Leerling op het atelier van J. L. Schouten (gebrand glas, 3 jaar), H. Veldhuis (tekenen) en op de winter-avondcursus van de Akademie v. B.K. in Den H...

2024-03-29
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Jan Mankes

(1889-1920), Ned. schilder van vogels, stillevens, portretten, enz.; vervaardigde houtsneden, etsen, gravures en litho’s.

2024-03-29
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Jan Mankes

Kunstschilder. * 15 Aug. 1889 te Meppel, waar zijn vader Beint Mankes, een Fries, commies was bij de belastingen, ✝ 23 April 1920 te Eerbeek. Hij ging in 1904 naar Delft en werkte daar drie jaar in een atelier voor gebrandschilderd glas. Kreeg teekenles van H. Veldhuys en volgde een cursus voor kunstnijverheid te Den Haag. In 1908 ging hij schilder...