Wat is de betekenis van jaardag?

2024-03-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

jaardag

Het begrip jaardag heeft 2 verschillende betekenissen: 1) verjaardag. dag waarop iemand jarig is; verjaardag. 2) herdenkingsdag van een overledene. herdenkingsdag van een overledene, in het bijzonder één jaar na zijn overlijden.

2024-03-29
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

jaardag

Verjaardag (van iem. of iets). Zegel van 25 L voor de driehonderdste jaardag van het overlijden van de vooral als etser bekende kunstenaar Salvator Rosa, Knack 18/4/1973, p. 9. De volgende dag - het was haar jaardag - heb ik haar een kleine azalea in een pot gekocht, DAISNE 1976b, 213.

2024-03-29
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

jaardag

(de, -en), verjaardag. Op haar jaardag, een aantal maanden geleden, was hij de straat overgestoken en had bij Varekamp een boek voor haar gekocht (Dobru 1968c: 54). - Etym.: In AN veroud., gebr. in BN. Samenst. bijv. koninginnejaardag (Hijlaard 35). Zie ook: verjarie.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Jaardag

m. (-en), verjaardag.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

jaardag

('ja:r) m. (-en) verjaardag.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

jaardag

m. (-en), verjaardag.