jaagbaar
jaagbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. (jachttaal) waarop gejaagd mag worden ♢ Hij heeft een jaagbaar hert geschoten. Woordherkomst Naamwoord van handeling van jagen met het achtervoegsel -baar.
Wiktionary (2019)
jaagbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. (jachttaal) waarop gejaagd mag worden ♢ Hij heeft een jaagbaar hert geschoten. Woordherkomst Naamwoord van handeling van jagen met het achtervoegsel -baar.
J.H. van Dale (1898)
JAAGBAAR, bn. (jag.) een jaagbaar hert, waarop men jagen mag, minstens 4 of 5 jaar oud. JAAGBOUT, n . (-en), drevelbout.
I.M. Calisch (1864)
Jaagbaar, bn. (jag.) nageloopen -, ingeloopen kunnende worden. *...GELD, *...LOON, o. loon voor den jager eener trekschuit. *...HOUT, o (-en), (zeew.) verlengstuk voor den boegspriet. *...LAND, o. (-en), land geschikt voor de jagt. *...PAARD, o. (-en), paard voor eene trekschuit, jagerspaard. *...PAD, o. (-en), afgebakende weg voor den jager e...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: