Wat is de betekenis van inwisselen?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

inwisselen

inwisselen - Werkwoord Woordherkomst samenstelling van in en wisselen Synoniemen omwisselen, uitwisselen, verruilen, inruilen, converteren, wisselen, ruilen, omruilen, omzetten, vervangen

2024-04-24
Woordenlijst leerling en leerkracht

WizWijs (2017)

inwisselen

Inwisselen is het ‘ruilen’ van eenheden voor een tiental bij het onder elkaar rekenen. Bij optellen is inwisselen nodig als twee getallen die onder elkaar staan samen groter zijn dan 9. Bij aftrekken moet je inwisselen als het af te trekken getal groter is dan het getal waar het van afgetrokken moet worden.

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

inwisselen

inwisselen - regelmatig werkwoord uitspraak: in-wis-se-len 1. inleveren voor iets anders ♢ ik ga mijn auto inwisselen voor een nieuwer model Regelmatig werkwoord: in-wis-se-len ik wissel in (... ik inwissel)...

2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Inwisselen

v., ynwikselje.

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Inwisselen

(wisselde in, heeft ingewisseld), in-, verruilen, het een voor het ander geven: ik heb juist al mijn zilvergeld ingewisseld; coupons inwisselen.

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

inwisselen

wisselde in, h. ingewisseld (omwisselen, inruilen tegen iets anders; verwisselen, verruilen voor iets anders): Duits geld tegen (of: voor) Nederlandse munt inwisselen.

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

inwisselen

('in) (wisselde in, heeft ingewisseld) het een voor het ander geven: Hollands tegen of voor Frans geld -. Syn. (in)ruilen.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

inwisselen

(wisselde in, heeft ingewisseld), (overg.) in-, verruilen, het een voor het ander geven: ik heb juist al mijn geld ingewisseld; coupons .