Wat is de betekenis van inval?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

inval

inval - Zelfstandignaamwoord 1. het plotseling met een leger- of politiemacht binnendringen in een gebouw of gebied De politie heeft een inval gepleegd in dat pand en vond er een metamfetaminefabriekje. 2. plotseling opkomende gedachte inval - Werkwoord 1. (in een bijzin) ee...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

inval

inval - zelfstandig naamwoord uitspraak: in-val 1. plotselinge gedachte die bij je opkomt ♢ ik kreeg vannacht een inval: nu weet ik hoe het moet! 2. het plotseling ergens binnenvallen ♢ de polit...

2024-04-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

inval

onverwagte intog; ingewing; ingeval, instort; onverwags intrek; eensklaps in gedagte opkom; begin saamsing; hol word.

2024-04-19
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Inval

vrije -, het noteren van de eerst opkomende gedachten na het opgeven van willekeurige woorden, een methode van psychologisch onderzoek, voornamelijk om iets meer over het onbewuste te weten te komen.

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Inval

s., ynfal; (luim), oanslach, oankomst, opkomst, gyp, gyl; vreemde -len, nuvere gridzen; geestige -len hebben, it nij bitinke kinne, der nuver bykomme kinne; zoete —, swiete fal-yn, húske fan hâldoan.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Inval

m. (-len), 1. het invallen, storten in —; — (nat.) hoek van inval, hoek tussen de loodlijn op een vlak en een straal die dit vlak treft; 2. plotselinge overschrijding van de grens van een gebied, inz. onverwachte komst v. e. vijand: een vijandelijke inval; een inval doen (in een land); — de politie deed in dat hu...

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

inval

m. invallen (1 het invallen, plotseling binnendringen; 2 plotseling opkomende gedachte): 1 dat huis is de zoete inval, ieder wordt er altijd gastvrij ontvangen; de zoete inval, uithangbord, waarop men iem. in een vat met honing (Z.-N. ook: in een bijenkorf) ziet vallen; de invallen der Noormannen (800-1000); 2 dat is een goede, een gelukkige inval...

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

inval

(‘ini) m. (-len) het → invallen nl. 1. (1) : de zoete -, voorstelling, uithangbord waar men iemand in een vat met honing ziet vallen of plaats waar men goed, gastvrij ontvangen wordt; hoek van -, invalshoek. 2. (3) a. vijandelijke indringing : een doen in een land. b. onverwacht onderzoek : de politie deed een in dat huis. 3. (12) plot...