inslikken
inslikken - Werkwoord 1. (ov) iets door de keel de slokdarm in doen bewegen ♢ Deze capsules moeten in hun geheel ingeslikt worden. Woordherkomst samenstelling van in(bijwoord) en slikken(werkwoord)
Word vandaag nog lid van Ensie
Wiktionary (2019)
inslikken - Werkwoord 1. (ov) iets door de keel de slokdarm in doen bewegen ♢ Deze capsules moeten in hun geheel ingeslikt worden. Woordherkomst samenstelling van in(bijwoord) en slikken(werkwoord)
Muiswerk Educatief (2017)
inslikken - regelmatig werkwoord uitspraak: in-slik-ken 1. door het keelgat naar binnen laten gaan ♢ ze heeft het snoepje al ingeslikt 1. hij loopt zo recht alsof hij een lantaarnpaal heeft ingeslikt ...
Fa. A.J. Osinga (1952)
v., ynslokke, trochslokke, ynswolgje.
Van Dale Uitgevers (1950)
(slikte in, heeft ingeslikt), naar binnen slikken : hij slikte een speld in; — hij loopt alsof hij een stok heeft ingeslikt, zo recht en stijf; — (fig.) (klanken, woorden) niet geheel uitspreken, niet duidelijk laten horen: die predikant slikt altijd de laatste ivoor den van de volzin in ; — zijn woorden, z...
M. J. Koenen's (1937)
slikte in, h. ingeslikt (naar binnen slikken): een knoopje inslikken; fig. die man slikt de helft der woorden in, spreekt onverstaanbaar; zijn woorden moeten inslikken, intrekken.
Jozef Verschueren (1930)
('in) (slikte in, heeft ingeslikt) 1. naar binnen slikken: een knikker -. ➝ stok. 2. zich laten welgevallen: hij moest heel wat van haar -. 3. zeer gebrekkig laten horen: letters, woorden -. 4. terugnemen, intrekken: zijn woorden weder -.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(slikte in, heeft ingeslikt), naar binnen slikken: hij slikte een speld in; hij loopt alsof hij een stok heeft ingeslikt, zo recht en stijf; (fig.) (klanken, woorden) niet geheel uitspreken, niet duidelijk laten horen; zijn woorden, zijn tong weer —, terugnemen wat met men gezegd heeft; tranen —, bedwingen of verbergen.
J.H. van Dale (1898)
INSLIKKEN, (slikte in, heeft ingeslikt), naar binnen slikken : hij slikte eene speld in; hij loopt alsof hij een stok heeft ingeslild, zooirecht en stijf; — (fig.) hij moest heel veel van haar inslikken, slikken, verduren; die predikant slikt altijd de laatste woorden van den volzin in, laat die niet hooren; — (fig.) zijne woorden, zij...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.