In, in-
(Lat.; praep. of eerste lid in samenstellingen; in het laatste geval: ilvoor l, imvoor b, m en p, irvoor r). Als praep.: in, op, ergens heen; b.v. → actio in dislans = werking op afstand; in in samenstellingen: 1. erin, erop, erbij, tot in, naar toe, of zonder duidelijke betekenis; 2. on-, geeft ontkenning aan