Wat is de betekenis van IMP?

2024-03-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

imp

(1991) (jeugd) iemand die zich raar gedraagt. Afkorting van imbeciel. • Imp, (< Eng.) rare snoeshaan: moet je die imp daar nou zien, niet te filmen. (Cor Hoppenbrouwers: Jongerentaal. 1991)

2024-03-29
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

IMP

Score-eenheid bij viertallenwedstrijden. Verzelfstandiging van de afkorting van International Match Point. Het verschil tussen de scores op een spel aan de twee tafels wordt aan de hand van een tabel omgezet in IMP's. Het saldo van de door beide teams op alle spellen vergaarde IMP's wordt aan het einde van de wedstrijd omgerekend in Victory Points....

2024-03-29
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

imp

(jeugdtaal) iemand die zich raar gedraagt. Afkorting van imbeciel. Jaren negentig. Gesignaleerd door Hoppenbrouwers.

Wil je toegang tot alle 8 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Imp

1. (Lat.) imperator, Keizer; 2. imperatief, gebiedende wijs.