Wat is de betekenis van Ik-tijdperk?

2024-04-20
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

ik-tijdperk

(1925) (Eng. the Me-decade, ook wel the age of Me; gelanceerd door de Amerikaanse auteur-journalist Tom Wolfe in het mei/juni nummer van 1973 van The Critic) (cliché) benaming voor de jaren zeventig en tachtig, de periode waarin alles rond de eigen persoon draait en er weinig belangstelling is voor de medemens; ‘cultuur van het narcism...

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

ik-tijdperk

ik-tijdperk - Zelfstandignaamwoord 1. periode waarin de belangstelling sterk individueel en op het eigen belang gericht is wanneer is het ik-tijdperk eigenlijk afgelopen? Woordherkomst samenstelling van ik en tijdperk

2024-04-20
Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Ik-tijdperk

Ik-tijdperk - (Eng. the Me-decade, ook wel the age of Me; gelanceerd door de Amerikaanse auteur-journalist Tom Wolfe in het mei/juni nummer van 1973 van The Critic), benaming voor de jaren zeventig en tachtig, de periode waarin alles rond de eigen persoon draait en er weinig belangstelling is voor de medemens; ‘cultuur van het narcisme’. Bij ons we...

2024-04-20
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)