Wat is de betekenis van humeur?

humeur - Zelfstandignaamwoord 1. mentale of emotionele toestand ♢ Hij had een slecht humeur omdat hij slecht geslapen had. Synoniemen gemoedsgesteldheid gemoedstoestand stemming

humeur - zelfstandig naamwoord uitspraak: hu-meur 1. bepaald tijdelijk gevoel ♢ Arie heeft altijd een slecht humeur als hij opstaat Zelfstandig naamwoord: hu-meur het humeur de humeuren...

gemoedsstemming

fundamentele gemoedsstemming die kan schommelen tussen vreugde en verdriet. Het humeur geeft de → emoties hun affectieve kleur. Er zijn mensen die altijd vrolijk lijken, andere die altijd bedroefd lijken, mensen die in hun reactie op verschillende emotionele toestanden nauwelijks afwijken van hun grondstemming. De ene groep is uitbundig, de an...

nuk, (kwaai) luim.

o., luim, gemoedsstemming.

s.n., sin (it); een goed — hebben, in goed sin hawwe, bêst to sprekken wêze; een slecht — hebben, in min, forkeard sin hawwe, it mal fel oanhawwe in sin as in baerch, in bargesin hawwe út jins sintrum wêze, min to brûken wêze, de (bokke)prûk, in mâlle pr...

(lichaams)vocht, sap; karakter, aard; humeur, stemming, luim, slechte luim, ontstemming, gemelijkheid; humeur noire, zwartgalligheid; somberheid; donner de l’humeur à, ontstemmen; prendre de l’humeur, uit zijn humeur raken; avec humeur, ontstemd, wrevelig; être à e bonne humeur, goed geluimd (gestemd, gemutst, gehume...

...