Wat is de betekenis van huisvesting?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

huisvesting

huisvesting - Zelfstandignaamwoord 1. het huisvesten van iemand De huisvesting van de stroom vluchtelingen leverde grote problemen op. 2. het onderkomen dat iemand al of niet vindt Gelukkig had hij nu zowel huisvesting als een baan gevonden. ...

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

huisvesting

huisvesting - zelfstandig naamwoord uitspraak: huis-ves-ting 1. plaats om te wonen of verblijven ♢ de huisvesting van deze mensen is erg slecht Zelfstandig naamwoord: huis-ves-ting de huisvesting Synonieme...

2024-04-24
Het Lexicon van de gedragsbiologie

Mark Nelissen (1996)

huisvesting

huisvesting - Het houden van dieren in een bepaalde omgeving. De h. kan veel bijdragen tot het welzijn van de dieren door voldoende ruimte te voorzien, voldoende stimulatie, de juiste temperatuur, voeding, een aan¬gepaste groepsgrootte, enzovoort, en dit alles aangepast aan de soort, het geslacht en de leeftijd van de dieren. Een slechte h. leidt t...

2024-04-24
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

huisvesting

huisvesting - Collectief begrip dat verwijst naar het type woonomstandigheden van een bepaalde groep. Voor specifieke structuren of groepen van structuren gebruik de omschrijvingen die zijn bijeengeplaatst onder 'woningen', 'huisvestingscomplexen' of 'nederzettingen' (bewoonde gebieden).

2024-04-24
XYZ van de Grieks-Romeinse Oudheid

Jos Liefrink (1989)

Huisvesting

Huisvesting - zie Woningbouw.

2024-04-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Huisvesting

s., húsfesting, ûnderkommen (it), ûnderdak (it).

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Huisvesting

v., 1. het verschaffen van verblijf; 2. gelegenheid om te verblijven, inwoning: ergens voedsel en huisvesting vinden.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

huisvesting

v.; inwoning: iem. huisvesting geven, verlenen; huisvesting vinden.