hoogmoedig
...
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. bw. (-er, -st), vol hoogmoed, trots, verwaand: hij is zeer hoogmoedig; een hoogmoedig gedrag ; — ook zelfst. gebruikt : de hoogmoedigen zullen vernederd worden.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
hoogmoedig - Bijvoeglijk naamwoord 1. met een overdreven hoge dunk van zichzelf ♢ Zijn hoogmoedige optreden werd hem niet in dank afgenomen. Woordherkomst Afleiding van hoogmoed met het achtervoegsel -ig.
Muiswerk Educatief (2017)
hoogmoedig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: hoog-moe-dig 1. gevoel dat je wilt pronken met wat je hebt of deed ♢ wie hoogmoedig is, denkt dat hij geen fouten maakt 2. wie zich meer voelt dan een ander ...
Fa. A.J. Osinga (1952)
adj. & adv., heechmoedich, greatsk, batsk, greathertich, blastich heechboarstich, great, heechkroppich; — zijn, it hert heech hawwe; hij is — it hert sit him heech; — mens, greatskert.
M. J. Koenen's (1937)
1. bn., bw.; ong.: trots, verwaand, opgeblazen; een hoogmoedig parvenu; hij sprak hoogmoedig over zijn voorvaderen; 2. zn. hoogmoedige, m. en v. —n: den hoogmoedige vernederen.
Jozef Verschueren (1930)
('moedəch) bn. en bw. (-er, -st) vol hoogmoed : een hart; iemand bejegenen. Syn. →: fier.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: