hoogmoedig
hoogmoedig - Bijvoeglijk naamwoord 1. met een overdreven hoge dunk van zichzelf ♢ Zijn hoogmoedige optreden werd hem niet in dank afgenomen. Woordherkomst Afleiding van hoogmoed met het achtervoegsel -ig.
Wiktionary (2019)
hoogmoedig - Bijvoeglijk naamwoord 1. met een overdreven hoge dunk van zichzelf ♢ Zijn hoogmoedige optreden werd hem niet in dank afgenomen. Woordherkomst Afleiding van hoogmoed met het achtervoegsel -ig.
Muiswerk Educatief (2017)
hoogmoedig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: hoog-moe-dig 1. gevoel dat je wilt pronken met wat je hebt of deed ♢ wie hoogmoedig is, denkt dat hij geen fouten maakt 2. wie zich meer voelt dan een ander ...
Fa. A.J. Osinga (1952)
adj. & adv., heechmoedich, greatsk, batsk, greathertich, blastich heechboarstich, great, heechkroppich; — zijn, it hert heech hawwe; hij is — it hert sit him heech; — mens, greatskert.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: