Wat is de betekenis van Hoofdgeld?

2024-04-25
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

HOOFDGELD

Hoofdelijke belastingomslag. Het H. was eerst een slechts af en toe geïnde belasting, maar werd later, nadat in 1649 de 500ste penning was afgeschaft, een onderdeel van de vijf speciën. Het op te brengen bedrag hing af van de rijkdom van de aangeslagene.Zie: De Economist (1890), 283 e.v.

2024-04-25
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Hoofdgeld

(Indon.) De afkoop in geld van de herendiensten.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hoofdgeld

o., (eert.) belasting of schatting, geheven per hoofd of van ieder hoofd van een gezin, zonder te letten op de draagkracht.

2024-04-25
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Hoofdgeld

een in Ned.-Indië van de inheemse bevolking geheven belasting i.p.v. de herendiensten*.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

hoofdgeld

o. -en; geld, schatting, tol door of wegens ieder hoofd d.i. persoon verschuldigd; gesch. door de Israëlieten te betalen: a. voor de tempel één zilverling, b. aan den Rom. keizer, een Rom. tienling.

2024-04-25
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Hoofdgeld

vroeger: in Mohammed, landen geheven belasting v/d nietMohammed. bevolking; thans: in N.O.-I. belasting, geheven v/d inl. bevolking m verschil!, gewesten, ter vervanging v/d → heerendiensten.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

hoofdgeld

o. (-en) Eert. geld, belasting per hoofd of persoon te betalen: -en werden o.a. bij de Israëlieten geheven.

2024-04-25
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Hoofdgeld

Hoofdgeld - belasting per hoofd der bevolking geheven zonder da,t met individueele omstandigheden rekening wordt gehouden. Zie ook HEERENDIENSTEN IN NED.-INDIE.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Encyclopaedie van Nederlandsch West-Indië

Herman Daniël Benjamins, Joh. F. Snelleman, Martinus Nijhoff, E.J. Brill (1914-1917)

Hoofdgeld

Zie BELASTINGEN.