Wat is de betekenis van Hofjesbewoner?

2024-03-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hofjesbewoner

m. (-s), bewoner van een hofje.

2024-03-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Hofjesbewoner

HOFJESBEWONER, m. (-s), bewoner van een hofje; ...BUURT, v. (-en), mindere volksbuurt, inz. waar veel hofjes zijn; ...JUFFROUW, v. (-en), die op een hofje woont; ...WONING, v. (-en).

Gerelateerde zoekopdrachten