Wat is de betekenis van Hoes?

2024-10-12
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-10-12
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

hoes

hoes - Zelfstandignaamwoord 1. een bescherming die om een -meest vlak- voorwerp wordt aangebracht Op de hoes van deze plaat stond de zanger afgebeeld.

2024-10-12
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

hoes

hoes - zelfstandig naamwoord 1. op maat gemaakte zak om ergens omheen te doen ♢ ik heb een nieuw hoes om dat kussen gedaan Zelfstandig naamwoord: hoes de hoes de hoezen het hoes...

2024-10-12
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Hoes

niet zonder - in mijn poes zo luidt de vrij-veilig-slogan van feministes en lesbiennes voor de jaren negentig. Het condoom wordt in steeds opvallender campagnes gepromoot als bescherming tegen aids.

2024-10-12
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

hoes

aandoening v/d slymvlies gepaard met plotselinge, luide uitstoting van lug deur keel; gehoes, ‘n hoes uitstoot, hê.

2024-10-12
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-10-12
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hoes

v. (hoezen), overtrek voor meubelen om deze tegen stof en zon te beschermen ; (ook) het blauw en wit geruite kleed om een poppenkast.

2024-10-12
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

hoes

v. hoezen (Fr. housse): overtrek van stoel of canapé: met hoezen over de stoelen.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-10-12
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

hoes

v. (hoezen; -je) hoos] overtrek ter beschutting: trek de hoezen over de stoelen.