Wat is de betekenis van Hoeker?

J. Werkzaam omstreeks 1755. ROTTERDAM -Remonstrantse Kerk aan het Westnieuwland: een portret (gem. J. Hoeker 1755). Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten III.

m. (-s), eig. een vaartuig dat met hoekwant vist, een tamelijk plat gebodemd vissers- en transportvaartuig, breed van boeg en achtersteven, gewoonlijk met twee masten en hoge kajuit aan het achterschip.

vissersschuit waarop men met het hoekwant* vist; ook er op lijkende schuit voor goederenvervoer.

m. -s; vissers-, transportschip.

m. (-s) [oorspr. voor de hoekwantvisserij] tamelijk plat gebodemd schip met twee masten en een kajuit die boven het dek van het achterschip uitsteekt.

Hoeker - oorspronkelijk als visschersvaartuig met bun ingericht, werd in het midden der 17e eeuw reeds met een, twee of drie masten als handelsschip gebruikt, zie fig. — Hoekerbuis, een buis met hoekertuig.

m. (-s), (ook: hoekboot), (vroeger) een vaartuig dat met hoekwant viste, een tamelijk plat gebodemd vissersen transportvaartuig, breed van boeg en achtersteven, gewoonlijk met twee masten en hoge kajuit aan het achterschip.

...

HOEKER, m. (-s), zeker tamelijk plat gebodemd visschers- en transportvaartuig, breed van boeg en achtersteven, gewoonlijk met twee masten en hooge kajuit aan het achterschip; (eig.) een vaartuig dat met hoekwant vischt, vroeger ook hoekboot genoemd.