Hoede
v., 1. bewaking; 2. bewaring, bescherming : God neme u onder Zijn hoede ; — zorg: ik vertrouw haar aan uw hoede toe; 3. waakzaam-, behoedzaamheid : wees op uw hoede, neem u in acht, houd een oog in ’t zeil.
Van Dale Uitgevers (1950)
v., 1. bewaking; 2. bewaring, bescherming : God neme u onder Zijn hoede ; — zorg: ik vertrouw haar aan uw hoede toe; 3. waakzaam-, behoedzaamheid : wees op uw hoede, neem u in acht, houd een oog in ’t zeil.
Wiktionary (2019)
hoede - Zelfstandignaamwoord 1. waakzaamheid 2. bewaking, bescherming, bewaring, zorg hoede - Werkwoord 1. aanvoegende wijs van hoeden Woordherkomst van het Middelnederlandse woord hoede; Naamwoord van handeling van hoeden Verwante begrippen bewaking, waakzaamheid, toezicht, voorzorg
Muiswerk Educatief (2017)
hoede - zelfstandig naamwoord uitspraak: hoe-de 1. erop letten om te kijken of het goed gaat ♢ God neme u onder Zijn hoede Zelfstandig naamwoord: hoe-de de hoede Synoniemen bewaking, toezicht
Fa. A.J. Osinga (1952)
s., hoed(e), biwa(e)r (it), taforsjoch (it), biskerming, soarch; op zijn — zijn, op jins iepenst wêze, jin wachtsje, jin to wacht nimme, jin warje; voor iem. op zijn — zijn, immen yn ’e rekken hâlde; niet voor alle dingen op zijn — kunnen zijn, alles net hoedzje ki...
M. J. Koenen's (1937)
v.; bescherming: onder de hoede v. God; iem. onder zijn hoede nemen; op zijn hoede zijn, waakzaam.
Jozef Verschueren (1930)
v. [~ hoed] bewaring, bescherming nl. 1. beveiliging voor gevaar: onder de van God; ik vertrouw hem aan uw toe; iemand onder zijn nemen. Syn. bescherming. 2. behoedzaamheid, voorzorg voor iets dat nadelig zou kunnen zijn: op zijn zijn voor verklikkers.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m., 1. bewaking; 2. bewaring, bescherming: God neme u onder zijn —; zorg: ik vertrouw haar aan uw — toe; 3. waakzaam-, behoedzaamheid: wees op uw —, neem u in acht, houd een oog in het zeil.
Instituut voor de Nederlandse taal
hoede zn. 'bescherming, waakzaamheid' categorie: substraatwoord Mnl. hoede 'bewaking, bewaring, verdediging', in: in hare hoede 'onder haar bescherming' [1265-70; CG II, Lut.K], hůde 'waakzaamheid' [1253; CG II, Gez.reg.]; nnl. voornamelijk nog in de vaste verbindingen onder iemands hoede 'onder iemands b...
J.H. van Dale (1898)
HOEDE, v. bewaking, bewaring, beschermer: God neme u onder Zijne hoede; — zorg: ik vertrouw haar aan uwe hoede toe; — voorzorg, behoedzaamheid: wees op uw hoede, neem u in acht, houd een oog in ’t zeil.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: