Wat is de betekenis van Hit?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

hit

Het begrip hit heeft 5 verschillende betekenissen: 1) succesvol lied. succesnummer in de popmuziek; succesvol lied. 2) succesvol product. succesvol artistiek of creatief product anders dan een lied, bv. een succesvol boek, een succesvolle film, een succesvolle nieuwigheid of uitvinding; groot succes. 3) resultaat van een zoekvraa...

2024-04-25
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

hit

(zelfstandig naamwoord) [alg.] succes(nummer), kassucces, klapper - Hebt u ook de verzamel-CD met al mijn succesnummers? vroeg de artiest nieuwsgierig. - Die alumniumstepjes waren een klapper. Bijna elke treinpendelaar leek er een te hebben. [ict] treffer - De zoekvraag 'zoekvraag' levert onnoemelijk veel treffers op. [alg.] voltref...

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

hit

1) (1982) (< Eng.) (drugs) dosis; shot. • Hit: (intraveneuze) injectie. (Steef Davidson: Drugs. Kruiden van hemel en hel. 1982) • Maar de Pegasus-lsd, die voor vier dollar per hit in Appleton werd gesignaleerd, is ok. (Vrij Nederland, 28/07/1990) • Het enige doel voor ogen was het ritje naar de dealer en de volgende 'hit�...

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

hit

hit - Zelfstandignaamwoord 1. een succesvol lied Marco Borsato heeft al vele hits gehad. 2. (informatica) een treffer bij een zoekactie 3. paardje hit - Zelfstandignaamwoord 1. dienstmeisje

2024-04-25
Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Hit

(1769) klein paard, shetlandpony Van de 16de eeuw tot het eind van de 18de eeuw stonden de Shetlandeilanden bij ons bekend als Hit!and of de Hidandse eilanden (zie hierover verder bij Shetlandpony). De eilanden waren beroemd om hun uitzonderlijk rijke viswateren, hun uitstekende wol en hun dwergpaardjes. Die paardjes werden aanvankeli...

2024-04-25
Jargon & Slang van Junkies en dealers

Marc De Coster (2017)

Hit

Hit - (Eng.) (intraveneuze) injectie.

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

hit

hit - zelfstandig naamwoord 1. nummer waar iemand veel succes mee heeft ♢ dit lied van Marco Borsato werd een hit 2. resultaat van een zoekopdracht ♢ als je het woord Muiswerk intypt, krijg je meer dan 70.000...

2024-04-25
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

hit

In politie- en onderwereldkringen: een huurmoord. Een dergelijke moord wordt gepleegd door een ‘hitman*’ of wanneer het om een groep gaat: een ‘hitteam’. Ontleend aan het Engelse politiejargon. Romano beweert dat Mirtic in Duitsland een ‘hit’ moest plegen op iemand in een discotheek. Jan van Daalen: Sans rancune. 1991 Er werd een hitman b...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Popmuziek Encyclopedie

Jan van der Plas & Mike Schepers (2003)

Hit

Een plaat die zodanig verkoopt dat hij de hitparade haalt. Het Engelse woord hit betekent 'voltreffer'. De hele muziekindustrie is gericht op het scoren van hits. Een grote hit vestigt in één klap de naam van een artiest en biedt een jarenlange garantie voor lucratieve optredens in het schnabbelcircuit. Een enkele hit is echter niet voldoende om ee...