Wat is de betekenis van Hij is Oostindisch doof?

2024-04-19
Spreekwoorden en gezegden

F. Stoett (1977)

Hij is Oostindisch doof

hij houdt zich doof, hij doet alsof hij niets hoort als hij geroepen, aangesproken of om iets aangezocht wordt. Deze uitdrukking, niet voor de 19de e. opgetekend, is ongetwijfeld ontstaan door het verkeer van Nederlanders met oosterlingen, die van de tot hen gerichte (Nederlandse) woorden niets begrepen en er dus niet op reageerden. Vgl. de soortge...

2024-04-19
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Hij is Oostindisch doof

D.w.z. hij houdt zich doof, hij doet alsof hij niets hoort, als hij geroepen, aangesproken of om iets aangezocht wordt; 17de eeuw: den doove maken of spelen; (18de eeuw) den dooverickmaken; in het fri. ingelskdöf, bij Schuermans, Bijv. 70 a: den doovaard, dooverikspelen; De Bo, 258. Harrebomée I, 147 b meent, dat ‘deze hebbelijkhe...

2024-04-19
Nederlandse spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

F.A. Stoett

Hij is Oostindisch doof

hij houdt zich doof, hij doet alsof hij niets hoort als hij geroepen, aangesproken of om iets aangezocht wordt. Deze uitdrukking, niet voor de 19de e. opgetekend, is ongetwijfeld ontstaan door het verkeer van Nederlanders met oosterlingen, die van de tot hen gerichte (Nederlandse) woorden niets begrepen en er dus niet op reageerden. Vgl. de soortge...