Wat is de betekenis van het heil?

2024-03-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

het heil

(19e eeuw) (Barg.) de kerk. Syn.: herberg. • Heil (Het -, (barg.), de kerk. (Taco H. de Beer & Eliza Laurillard: Woordenschat, verklaring van woorden en uitdrukkingen. 1899) • (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937)